Als eerste dien je ervoor te zorgen, dat vanuit de Satel centrale externe partijen (zoals in ons geval Larnitech) mogen communiceren met de centrale. Schakel (eventueel in overleg met je alarminstallateur) de optie ‘Integratie’ in. Deze kun je vinden onder de ETHM-1 module:
Noteer ook gelijk even het poortnummer; dat heb je straks nodig om de koppeling met de Satel-centrale tot stand te brengen.
Open de webinterface (LT Setup), en kies in het menu voor "Systeem" en vervolgens "Licenties bijwerken".
Controleer of er een licentie aanwezig is voor het gebruik van de Satel functionaliteit in de Security-plugin. Is dat niet het geval, schaf dan een licentie aan.
Sinds enige tijd is de Satel plugin geïntegreerd in de Security plugin. Er is dus 1 plugin (de Security plugin), met daarin de Satel functionaliteit. Controleer of je de laatste versie van de Security plugin hebt.
Als de Security Plugin up-to-date is, installeer deze dan. De plugin zal dan beschikbaar komen in het menu "Algemeen" onder "Plugins":
Schakel de Security plugin in om deze te activeren. Druk vervolgens op ‘Configureren’. Je krijgt nu een aantal velden te zien die je in moet vullen.
Vul het IP-adres, poortnummer, frequentie en het aantal zones in. Klik daarna op ‘Opslaan’.
Het IP-adres en poortnummer kun je vinden in de instellingen van je Satel Integra centrale.
De frequentie is de frequentie hoe vaak de sensoren en zones van de Satel centrale gescand worden. Gebruik in principe het getal ‘1000’ (dit zijn 1000 milliseconden, 1 seconde dus).
Het aantal zones is het totaal aantal beveiligde zones.
Geef ook per zone het type aan (bewegings sensor of magneetcontact).